Gaudí, bruh

2 minuten

Als Antoni Gaudí vandaag een prille tiener was zou hij een op Minecraft georiënteerd YouTube-kanaal starten met de klinkende naam 'antonivscreeper', waarop hij dagwekelijks van de pot gerukte filmpjes zou publiceren waarin hij met enkele linkmiegels van maten geblokte en veelkleurige piramides zou bouwen om ze dan met hoorbaar genoegen middels digitale TNT op te blazen. Zelfs dan al zou zijn ontluikende meesterschap zichtbaar zijn en elke ontploffing met een cascade aan exploderende pixels zou iedere tot architectonische liefde geneigde medemens naar de hartstreek doen grijpen.

In de krochten van die piramide zou dan een klein paradijs verscholen zitten dat niemand van het geabonneerde miljoenenpubliek te zien zou krijgen, maar hij zou het wel weten want hij zou het daar eigenhandig verborgen hebben. En later zou hij dromen van dat geheime lusthof en in zijn dromen zou hij zich bedienen van de creatieve jongerentaal waarvan wij mensen helemaal niets meer begrijpen - maar toen, oh toen begrepen we het wel -, hij zou zeggen cringe en slay en skeer en meer van dat soort vreemdsoortige neologismen die ons petje te boven gaan.

Dan zou hij groot en oud geworden zijn en hij zou de woorden die zijn kinderen hem toeriepen niet meer kunnen begrijpen, die van zijn kleinkinderen zou hij niet meer kunnen horen. Hij zou vanaf zijn dakterras lieve vrouwen nafluiten en de boze blikken, brieven, gerechtelijke aanklachten blijmoedig doorstaan, zonder te bevatten waar alle ophef vandaan kwam. Met een stoffige geruite doek over de benen tegen de bijtende herfstwind zou hij nog een laatste maal zijn geliefde computerspel opstarten en een project ondernemen waarvan duidelijk was dat hij het nooit zou kunnen afmaken.

Honderd jaar na zijn dood zou men er nog steeds aan verder bouwen, tientallen, honderden Gaudí-adepten die zichzelf een of andere geuzennaam zouden aanmeten die geen publicatie zou verdragen. Honderd jaar. En laat ons in dat hypothetische scenario toch niet ophouden met bouwen. Nog honderd jaar en dan nog een keer. Tot de laatste steen op zijn plek zou liggen en we van voor af aan zouden kunnen beginnen omdat de achterkleinkinderen van de achterkleinkinderen van de achterkleinkinderen van de enzovoorts van zijn linkmiegels van maten niets beter te doen hadden dan het organiseren van een digitale en - het moet gezegd, wee deze witzelsucht - monumentale detonatie. Adios, arquitecto de Dios.