Calimero, Calimero, Galileo
Genoeg gejengeld, genoeg gewenteld, gedimme! Alsof je alle eigen agens miskent, enkel en alleen om er wat woorden uit te persen, voor de bühne. En maar jeremiëren en maar droefgeesten. Alsof je ervoor gestudeerd hebt. Alsof je niets beter te doen hebt, zoals bijvoorbeeld het oeuvre van Jon Fosse doornemen en alsof je daarvan niet weer gaat weemoeden. Stomme idioot!
Lees dan wat van Douglas Adams, misschien, en fleur je herfst op met een handdoek en alle oplossingen op de diepste levensvragen. Genie van de Karpaten, mislukte dommekracht! De winter wordt warm en zonder vlokken. Trekvogels aller landen maken zich al op voor de tocht richting je schoorsteen. Vijfentwintig graden in de schaduw zal het zijn, en geen wolkje te bespeuren aan de helblauwe hemel.
Wielerterrorist, klamme keukenvod, slappe slampamper! Vreet, zuip, neuk je een hernia en kom de dag erop niet af met dat hersenloze gejammer. De zon, de zon zit uit! Baad in de warmte. Dompel jezelf duizelig, onbezonnen, lichtzinnig. Ren honderd meter en stort kokhalzend ter aarde en maak nog eens plannen om toch echt eens wat aan die conditie te doen. Klootzak!
Schreeuw je een beroerte, neem ontslag bij twintig bedrijven en mep eens een corrupte politicus in het gezicht, zo een van die slechte. Afgezaagde drollenraper, afgeknaagde bleekselder! De dagen zijn van goud en zwijgen is zilver.